In een testament geeft u aan wie uw erfgenamen zijn en wie wat krijgt na uw overlijden. Het is ook mogelijk om toekomstige situaties op te nemen. Bijvoorbeeld als u kinderen krijgt of uw partner gaat hertrouwen na uw overlijden. Ook kunt u in een testament aangeven welke wettelijke erfgenamen u wilt onterven. De afhandeling van de bepalingen in het testament wordt geregeld door de erfgenamen of een executeur. Wanneer u een executeur aanstelt, legt u dit vast in het testament. Een executeur hoeft geen erfgenaam of familielid te zijn.
In een testament kunt u bepalingen opnemen die uw partner een betere (financiële) positie geven, bijvoorbeeld ten opzichte van uw kinderen. Zo kunt u ervoor zorgen dat uw partner in het huis kan blijven wonen. Of dat uw kind pas na het overlijden van uw partner zijn erfdeel krijgt. Bent u niet getrouwd en geen geregistreerd partners, dan kunt u uw partner alleen erfgenaam maken met een testament. U kunt dit niet regelen met een samenlevingscontract.
Als u getrouwd of geregistreerd partners bent, dan is uw partner automatisch erfgenaam. Heeft u geen testament, dan wordt uw nalatenschap volgens de wettelijke regels verdeeld. Dat is voor uw partner fiscaal niet altijd gunstig. Met een 'tweetrapstestament' kunt u uw partner benoemen tot enige erfgenaam en bepalen dat uw kinderen daarna uw erfgenaam zijn. Uw partner mag alles doen met uw nalatenschap, bijvoorbeeld het huis verkopen of het geld uitgeven. Hij of zij moet hierover de kinderen wel informeren. In uw testament neemt u een bepaling op dat uw kinderen pas erven als uw partner is overleden. Uw partner profiteert van een hoge belastingvrije voet. De kinderen betalen belasting over het deel van de erfenis dat nog over is.
Wilt u dat uw partner na uw overlijden ongestoord in het huis kan blijven wonen, maar dat het huis uiteindelijk naar uw kinderen of iemand anders gaat? Dan kunt u in uw testament het zogenaamde 'vruchtgebruik' instellen. Uw kinderen worden dan eigenaar van het huis, terwijl uw partner (binnen redelijke grenzen) gebruik kan maken van de erfenis. U bepaalt zelf wanneer het vruchtgebruik eindigt. Bijvoorbeeld als uw partner hertrouwt, naar een verzorgingshuis gaat of overlijdt.
Door in uw testament te bepalen dat het vruchtgebruik eindigt als uw partner naar een verzorgingshuis gaat, kunt u de eigen bijdrage voor de zorginstelling verminderen. Als er geen testament is, krijgen uw kinderen na uw overlijden geen spullen uit uw nalatenschap. Zij krijgen pas wat als uw partner is overleden. Zijn er stiefouders in het spel (omdat u hertrouwd bent of uw partner is hertrouwd na uw overlijden)? Dan kunnen uw kinderen eerder spullen opeisen door hun wilsrechten in te roepen. Deze rechten zijn bedoeld om bepaalde goederen van de erfenis zeker te stellen en om te voorkomen dat familiestukken via een stiefouder uit de familie verdwijnen. Maar wilsrechten kunnen voor de langstlevende partner lastig zijn. In uw testament kunt u de wilsrechten van uw kinderen daarom opheffen of beperken.
Wanneer u niet wilt dat uw partner, waarmee u bent gehuwd of een geregistreerd partnerschap heeft, deelt in uw nalatenschap, dan kunt u hem of haar in uw testament onterven. Nadat uw partner onterfd is, heeft hij of zij nog wel rechten. Bijvoorbeeld het recht om in het huis te blijven wonen, ook al staat het huis niet op diens naam. Ook kan uw partner (als hij of zij zelf geen inkomen heeft) geld uit uw nalatenschap opeisen voor dagelijkse levensbehoeften.
Kinderen die u onterft, hebben – ondanks onterving - recht op een deel van uw nalatenschap. Dat is de zogenaamde 'legitieme portie'. Met een niet-opeisbaarheidsclausule regelt u dat het onterfde kind zijn legitieme portie pas krijgt als uw partner is overleden. Als er in het testament niets over de niet-opeisbaarheid staat, dan kan het onterfde kind zijn legitieme portie direct na uw overlijden opeisen.